Landschapsbeheer Fryslân
Vleermuistil
Opdrachtgever
Datum ontwerp
2016
Bouw
Smart constructions
In samenwerking met
Vrijwilligers stichting Freonen fan Terp & Tsjerke Wier
In de middeleeuwen werden in heel Friesland grote versterkte stenen landhuizen voor de Friese adel gebouwd. Zij worden ook wel Stinzen genoemd. Veel van deze prachtige gebouwen zijn in de loop van de jaren jammer genoeg verloren gegaan. Je herkent de plek van een voormalige stins vaak alleen nog aan een vervallen poort of een eenzame slotgracht in een weiland. Zo is ten zuid-westen van het dorpje Wier een plek te herkennen aan een restant van een gracht en een bomensingel. Helaas worden in de loop van de jaren ook deze restanten steeds minder zichtbaar omdat het terrein in gebruik is als landbouwgrond. De bouw van deze stins, de Lauta stins, heeft waarschijnlijk plaatsgevonden in 1192 tegelijk met de bouw van de kerk van Wier. In de nacht van 1 op 2 juni 1748 werd de Lauta stins in brand gestoken door boze pachters. Alleen de toren bleek de brand te hebben overleefd en heeft als laatste getuige nog jaren eenzaam in het landschap gestaan.
Een aantal jaren geleden besluiten de stichting Freonen fan Terp & Tsjerke Wier en Landschapsbeheer Friesland dat het zo niet langer kan en starten samen een werkgroep met als doel de gracht en de singel te herstellen. Door de aanleg van een pad door de singel wordt de singel openbaar toegankelijk en ontstaat de behoefte meer met de singel te doen. Ze willen het verhaal van de plek gaan vertellen. Zelf komt de werkgroep er niet goed uit. Ze vragen daarom om deskundigheid.
Het idee voor een nachttuin is ontstaan enerzijds omdat zich op de kerktoren een astronomisch uurwerk bevindt en anderzijds omdat bij de sloop van de stinzentoren astronomische meetinstrumenten gevonden zijn. Dit is niet toevallig. Het gebied rond Wier kende een rijke traditie van amateurastronomen, die ook wel boerenprofessoren werden genoemd. Door het vlakke landschap kon op een heldere avond een groot deel van het universum worden bestudeerd. Helaas is tegenwoordig dat door de toenemende lichtvervuiling niet meer mogelijk. Sterren, nachtdieren en nachtbloeiers worden niet meer herkend. En blijkbar onbekend maakt onbemind. Het gaat daarom ook erg slecht met het nachtleven.
Omdat alles rond het fenomeen nachttuin nieuw is, was het in het begin wel zoeken. Zo’n zoektocht kan alleen wanneer er nauw samengewerkt wordt met de werkgroep en draagvlak is vanuit de bevolking voor het werven van vrijwilligers. Wier bleek de juiste plek voor een dergelijk experiment omdat het er nog relatief donker is en het initiatief vanuit de bevolking komt.
Begonnen is met een landschappelijk “masterplan” waarin elementen zijn verwerkt die de beleving van de nacht kunnen versterken. Elementen die een positieve bijdrage kunnen leveren voor zowel mens als dier. Om zoveel mogelijk kunstlicht te mijden is het van belang dat bezoekers zich goed kunnen oriënteren in het donker. Daarom is er in het ontwerp rekening gehouden met lange lijnen, iconisch herkenbare vormen en natuurlijk reflectie.
Met een kleine bijdrage kon er ook daadwerkelijk gestart worden. Men wilde graag beginnen met een nieuw symbool/icoon voor de nachttuin. Daarom is ervoor gekozen om te beginnen met een poortgebouw. Het ontwerp van dit poortgebouw is geïnspireerd op de historische toegangspoorten bij stinzen. In het dak van een dergelijke toegangspoort zat vaak een duiventil. In de bovenbouw van het poortgebouw naar de nachttuin daarentegen bevinden zich plekken voor vleermuizen. Sleuven in de vloer van de bovenbouw leiden naar zogenaamde vleermuiskasten. In deze kasten kunnen vleermuizen slapen, paren en kramen. De bovenbouw is ontworpen in multiplex, zodat het gemakkelijk gemaakt kon worden door de vrijwilligers. Na realisatie is deze verduurzaamd met kurk. De onderbouw is gemaakt van corten staal. Tussen de kolommen van de onderbouw bevinden zich een informatiepaneel en een plexiglazen paneel met een afbeelding van de voormalige Lauta stins. Wanneer men hierdoor heen kijkt ziet men de oude stins tot leven komen. Door zijn sterke contour is de toren ook in de nacht duidelijk te herkennen. Vanaf de toren worden de bezoekers door middel van een door het maanlicht verlicht schelpenpad begeleid naar een wondere nachtelijke wereld.